Geruite Jurken

Het vichy- of ginghampatroon is waarschijnlijk de bekendste ruit. Het ontstaat door gelijkmatig verdeelde verticale en horizontale strepen en oogt daardoor fris en duidelijk. Van oorsprong populair in landelijke mode, nu opnieuw trending in de couture – vaak in felle kleuren en gecombineerd met ruches of strikken. Vichy jurken draag je makkelijk met een witte blouse, denim of leren accessoires.

Goed om te weten: In de textielwetenschap worden vichy en pepita als identiek beschouwd – het verschil zit alleen in de kleur: gekleurd = vichy, zwart-wit = pepita.

Glencheck is een van de meest verfijnde ruitpatronen en vindt zijn oorsprong in Schotland, waar het vroeger voorbehouden was aan adellijke clans. Het fijne weefsel met lijnen in verschillende diktes oogt complex en elegant. In de variant met een extra kleurlaag (bijvoorbeeld geel of blauw) spreekt men van Prince of Wales check. Na decennia in herenkostuums keert glencheck nu sterk terug in jurken, blazers en mantels voor dames. Perfect voor kantoor en formele gelegenheden.

Goed om te weten: Glencheck komt extra tot leven met kleuraccenten, zoals een smalle riem in een felle tint of een opvallend T-shirt eronder.

Tartan, het klassieke Schotse ruitpatroon, is sterk verbonden met de Schotse cultuur. Traditioneel had elke clan of stad zijn eigen tartan, officieel geregistreerd – en dat systeem bestaat nog steeds. Het patroon kenmerkt zich door grote, kleurrijke blokken en een perfecte symmetrie. Bekend geworden in de mode door de punk van de jaren ’70 en de grunge van de jaren ’90. Tegenwoordig draag je tartan jurken rock-chic met boots, een leren jasje en gewaagde make-up.

Goed om te weten: Tartan diende historisch zelfs als identiteitskenmerk van Schotse clans. Vandaag staat het voor diversiteit, traditie en rebellie.

Pied-de-poule, internationaal ook bekend als houndstooth, is een van de meest elegante ruitpatronen. De naam komt van de gelijkenis met hanensporen – al lijkt het eerder op kleine windmolens met rechte uitsteeksels. Vooral in zwart-wit straalt het patroon pure klasse uit. Christian Dior maakte pied-de-poule in de jaren ’50 een vast onderdeel van zijn couture. Jurken met dit patroon ogen chic, zelfverzekerd en glamoureus.

Goed om te weten: Omdat pied-de-poule erg opvallend is, combineer je het het best met effen basics. Rode accenten zoals lipstick of een clutch zorgen voor een stijlvol detail.

Pepita is nauw verwant aan pied-de-poule, maar onderscheidt zich door de diagonale lijnen. Het oogt fijner en subtieler en werkt prachtig in retro- of vintagejurken. Genoemd naar de Spaanse danseres Pepita de Oliva, die in de 19e eeuw beroemd werd in Duitsland. In de jaren ’50 werd het patroon nog bekender toen Konrad Adenauer bijna altijd met zijn pepitahoed verscheen. Vandaag vind je het vooral in zwart-wit, maar ook in moderne varianten zoals grijs/roze of pastel.

Goed om te weten: Pepita komt bijzonder goed tot zijn recht in retro-cuts zoals wikkeljurken, boxy blazers of rokken met een vintage uitstraling.

Argyle komt eveneens uit Schotland en is afkomstig van de Clan Argyll. Het patroon bestaat uit grote diagonale ruiten met fijne contrasterende lijnen. Bekend van sokken en truien, maar nu ook weer populair in jurken. Klassiek in zwart-grijs, opvallend en trendy in felle kleuren. Voor een sportieve look combineer je argyle met sneakers, een bomberjack of een pet.

Goed om te weten: Argyle werkt vooral sterk in groot formaat en levendige kleuren, waardoor een jurk direct een fashion statement wordt.

Het originele vichy-weefpatroon wordt vaak verward met pied-de-poule. Het is gebaseerd op een ruitvorm waarvan diagonale lijnen vertrekken en zo een kleinschalig ruitpatroon vormen. In de mode worden de termen vaak door elkaar gebruikt, zelfs in magazines. Vandaag is het vichy-weefpatroon niet alleen populair in zwart-wit, maar ook in neon en pastel.

Goed om te weten: Wanneer modetijdschriften het over pied-de-poule hebben, bedoelen ze vaak eigenlijk het vichy-weefpatroon. Even goed opletten dus.